De Negentiende Eeuw 5 (1981) 2: ‘De Nederlandsche Taal- en Letterkundige Congressen’


A.W. Willemsen, ‘De Nederlandse Congressen en hun politieke achtergrond’, 60-71.


Hans Heestermans, ‘Het WNT en de Taal- en Letterkundige Congressen’, 72-85.


C. Tindemans, ‘“Tooneel” (drama en theater) op de Congressen’, 86-97.


K. de Clerck, ‘De Congressen en het onderwijs’, 98-103.


Ludo Simons, ‘De Congressen 1849-1869 en de belangen des boekhandels’, 104-114.


Lieske Tibbe, ‘Les XX en de Nederlandse schilderkunst (1883-1893)’, 115-147.

De Negentiende Eeuw 4 (1980) 4: ‘De ontstaansgeschiedenis van het Rijksmuseum’


P.J.J. van Thiel, ‘De inrichting van de Nationale Konst-Gallery in 1800’, 138-157.


Fons Asselbergs, ‘”Het morgenrood eener wedergeboorte”: P.J.H. Cuypers, architect (1827-1921)’, 158-170.


Nop Maas, ‘Carel Vosmaer en het Rijksmuseum’, 171-206.


Jochen Becker: ‘”Ons Rijksmuseum wordt een tempel”: opmerkingen over het decoratieve programma van het Rijksmuseum’, 207-234.


Lydia Lansink, ‘De geschiedenis van het Museumplein’, 235-272.

De Negentiende Eeuw 4 (1980) 2-3: ‘1830’


H. van der Hoeven, ‘Chronologie van de Belgische Opstand’, 54-59.


Leo Ewals, ‘Frankrijk en de Belgische Opstand’, 60-70.


Mieke van der Wal, ‘”Maalt, o Kunstenaars! die wonderen aan het nageslacht!” De Belgische Opstand en de beeldende kunst’, 71-92.


G. Groen van Prinsterer (uitgegeven door J. Zwaan): ‘De Tweede Kamer in 1828/9 gewogen en te licht bevonden’, 93-107.


J.H. Rombach, ‘C.W.M. van de Velde (1818-1898), tekenaar, reiziger enz.’, 108-121.