De Negentiende Eeuw 11 (1987) 2: ‘Tien jaar studie van de negentiende eeuw’


J.C.H. Blom, ‘Een “vernieuwde politieke geschiedenis” van de negentiende eeuw in het verschiet’, 55-62.


J.A. Bornewasser, ‘Nederlandse kerkgeschiedenis van de negentiende eeuw’, 63-78.


Willem Frijhoff, ‘Mentaliteitsgeschiedenis van de negentiende eeuw: een plaatsbepaling’, 79-94.


Tineke van Loosbroek, ‘Vrouwengeschiedenis’, 95-100.


Margaretha H. Schenkeveld, ‘Tien jaar studie van de negentiende-eeuwse Noordnederlandse letterkunde (tot omstreeks 1880)’, 101-107.


Wies van Leeuwen, ‘Tien jaar onderzoek naar negentiende-eeuwse bouwkunst’, 108-113.


Jan Jaap Heij, ‘Kunstgeschiedenis’, 114-120.


H.A.M.Snelders, ‘De natuurwetenschappen’, 121-127.


M.J. van Lieburg, ‘Een decennium medische historiografie in Nederland (1976-1986), in het bijzonder betreffende de negentiende eeuw’, 128-140.

De Negentiende Eeuw 10 (1986) 4: ‘Seksualiteit’


Peter van Zonneveld, ‘Seksualiteit en moraal in Nederland 1800-1850’, 137-140.


H.Q. Röling, ‘Victoriaanse moraal in Nederland: een historiografische plaatsbepaling’, 141-145.


Bernard Kruithof, ‘Seksuele voorlichting in Nutsverhandelingen’, 146-154.


Sylvia van den Berg, Irene Lindhout en Peter van Zonneveld, ‘De seksuele moraal in de Vaderlandsche Letteroefeningen 1800-1820’, 155-163.


Pieter R.D. Stokvis, ‘Onwettige geboorten in Nederland, Den Haag in het bijzonder: een kwestie van conjunctuur of mentaliteit?’, 164-194.


Marja van Tilburg, ‘De seksualiteitsbeleving van de burgerij’, 195-208.


Mirjam Westen, ‘Over het naakt in de Noordnederlandse kunst in de periode 1770-1830’, 209-231.


Marjan Rinkleff, ‘“De man geniet het geluk dat hij smaakt, de vrouw dat hetwelk zij verschaft”: over de seksuele moraal en de seksen’, 232-253.

De Negentiende Eeuw 9 (1985) 3: ‘Het beeld van de zeventiende in de negentiende eeuw’


Peter van Zonneveld, ‘Het beeld van de zeventiende in de negentiende eeuw. Daguerreotype of panorama?’, 105-108.


P.B.M. Blaas, ‘De Gouden Eeuw: overleefd en herleefd. Kanttekeningen bij het beeldvormingsproces in de 19de eeuw’, 109-130.


B. Luger, ‘Gezicht en vergezicht. Perspectiefproblemen in het beeld van de zeventiende en negentiende eeuw’, 131-144.


E.A. Koolhaas-Grosfeld, ‘De negentiende eeuw en de zeventiende-eeuwse schilderkunst, als een vraagstuk van Ouden en Modernen I’, 145-170.


Evert Wiskerke, ‘“Wat zal ik u van onzen Vondel zeggen?” Enkele stemmen over Vondel in het begin van de negentiende eeuw’, 171-192.