De Negentiende Eeuw 12 (1988) 1: ‘Tijdschriften rond De Gids


W. van den Berg en Peter van Zonneveld, ‘Tijdschriften rond De Gids (1837-1845)’, 3-4.


Joke Relleke en Tineke Jacobi, ‘Reacties van contemporaine tijdschriften op De Gids’, 5-20.


Remieg Aerts, ‘Liberalisme en De Gids 1837-1848’, 21-48.


Marita Mathijsen, ‘Concurrentie voor De Gids. Literaire tijdschriften tussen 1835 en 1845’, 49-66.


H.A.M. Snelders, ‘Natuurwetenschappelijke vaktijdschriften rond 1837’, 67-80.


Ada Deprez, ‘De Gids en Vlaanderen, Vlaanderen en De Gids’, 81-95.

De Negentiende Eeuw 11 (1987) 3-4


Dirk Klopper, ‘Het natiebesef van Groen van Prinsterer. Van een Grootnederlandse naar een Kleinnederlandse natieconceptie’, 141-156.


M. Daru, ‘Broodzetting en broodkwaliteit’, 157-168.


Marja Keyser, ‘De dood van Andries Snoek, 3 januari 1829’, 169-180.


L.G. Saalmink, ‘Uit de werkplaats van het project Brinkman 1801-1832’, 181-191.


Henk Eijssens, ‘Een gemelijke onvergenoegdheid met de Maatschappij. Een Rotterdams student over de inwoners van zijn vaderstad’ [Tekstuitgave Jan Bastiaan Molewater, ‘Anthropogryphi Roterodamenses: eene bijdrage tot land- en volkenkunde’], 192-198.


J.G.M. Arentsen, ‘Het gedicht ‘De Geest des kwaads’: reactie van een onderwijzer op de Afscheiding van 1834’, 199-207.


Literatuuroverzicht, 208-217.

De Negentiende Eeuw 11 (1987) 2: ‘Tien jaar studie van de negentiende eeuw’


J.C.H. Blom, ‘Een “vernieuwde politieke geschiedenis” van de negentiende eeuw in het verschiet’, 55-62.


J.A. Bornewasser, ‘Nederlandse kerkgeschiedenis van de negentiende eeuw’, 63-78.


Willem Frijhoff, ‘Mentaliteitsgeschiedenis van de negentiende eeuw: een plaatsbepaling’, 79-94.


Tineke van Loosbroek, ‘Vrouwengeschiedenis’, 95-100.


Margaretha H. Schenkeveld, ‘Tien jaar studie van de negentiende-eeuwse Noordnederlandse letterkunde (tot omstreeks 1880)’, 101-107.


Wies van Leeuwen, ‘Tien jaar onderzoek naar negentiende-eeuwse bouwkunst’, 108-113.


Jan Jaap Heij, ‘Kunstgeschiedenis’, 114-120.


H.A.M.Snelders, ‘De natuurwetenschappen’, 121-127.


M.J. van Lieburg, ‘Een decennium medische historiografie in Nederland (1976-1986), in het bijzonder betreffende de negentiende eeuw’, 128-140.

De Negentiende Eeuw 10 (1986) 4: ‘Seksualiteit’


Peter van Zonneveld, ‘Seksualiteit en moraal in Nederland 1800-1850’, 137-140.


H.Q. Röling, ‘Victoriaanse moraal in Nederland: een historiografische plaatsbepaling’, 141-145.


Bernard Kruithof, ‘Seksuele voorlichting in Nutsverhandelingen’, 146-154.


Sylvia van den Berg, Irene Lindhout en Peter van Zonneveld, ‘De seksuele moraal in de Vaderlandsche Letteroefeningen 1800-1820’, 155-163.


Pieter R.D. Stokvis, ‘Onwettige geboorten in Nederland, Den Haag in het bijzonder: een kwestie van conjunctuur of mentaliteit?’, 164-194.


Marja van Tilburg, ‘De seksualiteitsbeleving van de burgerij’, 195-208.


Mirjam Westen, ‘Over het naakt in de Noordnederlandse kunst in de periode 1770-1830’, 209-231.


Marjan Rinkleff, ‘“De man geniet het geluk dat hij smaakt, de vrouw dat hetwelk zij verschaft”: over de seksuele moraal en de seksen’, 232-253.